Direct naar artikelinhoud
NieuwsGranaat

Wat je moet doen als je, net als deze man uit Venlo, een sissende granaat op straat ziet

Het is al vrij heftig als je midden in je eigen woonwijk, tussen de flats, een granaat ziet. En dan begint hij ook nog eens te sissen. Het overkwam Xavier Lucassen, een 45-jarige inwoner van Venlo, afgelopen woensdagavond, toen hij nog even de hond wilde uitlaten. Hij bedekte het gevaarte vervolgens met zijn onderarm, waarna het sissen stopte, zo vertelde hij De Limburger. Daarna belde hij 112.

Xavier Lucassen uit Venlo lag twee uur lang op een granaat.

De uren erop bracht hij liggend bij de granaat door. Nadat de politie vaststelde dat het inderdaad om een explosief ging, werd namelijk afgesproken dat de man het zou blijven bedekken. Uit voorzorg, om te voorkomen dat de stabiele granaat alsnog af zou gaan. Het zou enkele uren duren voordat de explosieven-opruimingsdienst, de EOD, de man kwam verlossen. Omliggende woningen waren intussen geëvacueerd.

Er zijn geen strikte protocollen voor mensen die in contact staan met explosieven, mailt een woordvoerder van de EOD. Dat is namelijk helemaal niet de bedoeling. Het advies is om explosieven onder geen beding aan te raken. Neem in plaats daarvan afstand, bel de politie, wacht tot de politie arriveert en houd omstanders uit de buurt.

Pak het dus al helemaal niet op om het vervolgens bij een politiebureau af te leveren, voegt een woordvoerder van de Politie Limburg toe. Want ook dat komt voor. In 2015 werd een politiebureau in Heerlen ontruimd nadat iemand een granaat uit de Tweede Wereldoorlog had afgeleverd. ‘Met de beste bedoelingen’, benadrukt de politiewoordvoerder.

Explosievenverkenner

Dat het zo lang duurde voordat de EOD de man kon ontzetten, komt volgens een woordvoerder van de dienst door de vele benodigde tussenstappen. De meldkamer stuurt eerst een politiepatrouille op pad, die moet bevestigen dat het om een explosief gaat. Vervolgens wordt een ‘explosievenverkenner’ van de politie ingeschakeld. Die alarmeert de EOD, waarna de dienst – ‘weliswaar met zwaailicht en sirene’ – van het Utrechtse Soesterberg naar het Limburgse Venlo moest rijden.

De granaat in Venlo bleek uiteindelijk een brisantgranaat uit de Tweede Wereldoorlog waarin geen explosief materiaal zat. Ironisch genoeg hielp een ongevaarlijke granaat zo toch iemand het ziekenhuis in: de man werd uit voorzorg opgenomen wegens het gevaar voor onderkoeling. Hij was er niet op gekleed om urenlang op de grond te liggen in een gure januarinacht, al kreeg hij wel dekens van de hulpdiensten. Lucassen kon echter snel weer veilig naar huis. De hond, Spyky, was eerder op de avond naar de vriendin van de Venlonaar gebracht.